7 november 2018

Alles geef ik U

Predikant:
Bijbeltekst: Markus 12:44
Dienstsoort:

Samenvatting

Alles geef ik U
Willem Teelinck schreef over dankdag dat we dan stilstaan bij: verheuging, grootmaking en opoffering. Het gaat vandaag over geld en je hart geven!
De eerste dankdag was bij Kain en Abel. Abel bracht de eerstelingen, zijn broer niet. God zag het offer en het hart van Abel aan. Het gaat niet om de grootte van het bedrag, maar hoe je de gaven geeft. Ten diepste gaat het over jezelf helemaal aan God geven. God vraagt daarom.

- Jezus ziet het offer (vs. 41: Toen Jezus was gaan zitten tegenover de schatkist, zag Hij hoe de menigte geld in de schatkist wierp; en veel rijken wierpen er veel geld in.)
Palmzondag is achter de rug, het is dinsdag en we zijn bij de tempel. Er zijn dertien offerblokken voor verschillende doelen. De vorm van zo’n offerblok is trompetvormig en als je er een munt ingooide hoorde je dat klinken.
Jezus had de mensen gewaarschuwd voor de Schriftgeleerden en hun ik-gerichte gedrag en geldzucht. Ze benadelen de weduwen en bidden heel lang en schijnheilig. Zij zullen een zwaarder oordeel daarvoor ontvangen.
Jezus zit tegenover de schatkist. Het is druk om Hem heen. Jezus kijkt naar de mensen en wat zij geven; de dienst der offeranden. De Zaligmaker kijkt verder, Hij ziet hun hart gesteldheid. Er waren veel rijken met veel geld en een weduwe met een offer. Wat is meer? Een deel offeren van je overvloed of alles geven van je armoede, levensonderhoud. Waarschijnlijk moesten de mensen vooraf melden aan de priester hoeveel je gaf. Dat werd dan luid verteld.
De vrouw werpt de koperstukjes in het offerblok en de muntjes rinkelen naar beneden. Dan gaat ze weg. Nu heeft ze niets meer voor haar levensonderhoud. God is haar alles waard en Hij ziet haar. Jezus richt ook onze ogen op deze weduwe. Met het kleine kan God veel doen, Hij vermenigvuldigd het tot iets groots.

- Jezus zegent het offer ( vs. 43: Voorwaar, Ik zeg u dat deze arme weduwe er meer ingeworpen heeft dan allen die iets in de schatkist geworpen hebben.)
Jezus zat, ziet en zegt. De discipelen moeten komen en Hij zegt: voorwaar = het is belangrijk wat Ik gezien heb. God is blij met de munten van de weduwe. De vrouw gaf 100 %, heel haar levensonderhoud. Daar moeten de discipelen en wij oog voor krijgen.
De waarden in Gods Koninkrijk zijn anders dan de onze. In de hemel is er betaalverkeer, je kunt alleen betalen met het geld dat je hier op aarde voor Zijn Rijk aan anderen hebt gegeven.
De weduwe is rijk in God. Wat zij gaf was meer waard dan het prachtige tempelcomplex vol handel en zonder hulp aan de arme mensen. Vers 44: maar deze heeft van haar armoede alles wat zij had, erin geworpen, heel haar levensonderhoud. Zij gaf eigenlijk haar hele leven, zo lijkt ze op de Heere Jezus. Dat is bekering: je leven laten vallen in Gods schatkist. Ze neemt risico, maar er is levenslange garantie.
Zou die vrouw de avond erna nog eten gehad hebben? God heeft vast voor haar gezorgd.

- Jezus zelf het offer
Aan het einde van de week is het Goede Vrijdag en daarna Pasen. Jezus gaf Zijn leven aan het kruis, de Vader gaf Zijn Zoon en de Geest gaf Zijn gaven. De gevende God geeft 100% De weduwe had nog kleding, Jezus was naakt. De vrouw had nog een God, Jezus was alleen. Vanuit Gods gevende liefde mogen we ons hart aan Hem geven. Alles geef ik u, alles geef Ik u!

Jezus, ik wil U bedanken voor wat U voor mij hebt gedaan omdat U voor mij bent gestorven, maar ook weer bent opgestaan
Jezus, ik dank U. U gaf uzelf voor mij. Jezus, ik dank U en geef mijzelf aan U.

Categorieën