De slag om het hart
Samenvatting:
Thema voor de verkondiging: ‘De slag om het hart’
Vanmiddag denken we vooral aan de jongeren, als gemeente denken en luisteren we mee.
Secularisatie, een modern woord; wereldgelijkvormigheid en kerkverlating. Kerken worden gesloopt, zijn steeds leger tijdens de middagdienst of zijn veranderd in een moskee. Ook kerkmensen hebben het verlangen naar God en de hemel verplaatst naar de tweede plek. Werk en vakantie, shoppen en geld staan op nummer een. Ons hart is geen kluis, maar een balustrade… De wind van de tijd waait erdoorheen. Wij zijn hemelburgers op aarde en dat botst soms.
De geleerdheid van Egypte (vs. 3) - “U mag de gebruiken van het land Egypte waarin u gewoond hebt, niet navolgen”
Israël gaat het beloofde land bijna binnen. De Heere is hun God en het volk moet een heilig, afgezonderd volk zijn en blijven. Ze komen in aanraking met een ander volk, andere wetten, leefgewoonten en goden. Twee gevaren liggen op de loer: de werken van de Egyptenaren(verleden) en de gebruiken van de Kanaänieten (toekomst). Egypte staat voor valse wijsheid en rationalisme, Kanaän staat voor goddeloosheid en zedeloosheid. In Efeze was vooral immoraliteit (zonden tegen het zevende gebod) en in Kolosse was veel wijsbegeerte zonder de Bijbel. Egypte had beroemde universiteiten. Mozes heeft daar ook gestudeerd. Het peil van de geleerdheid was toen al hoger dan in Nederland in de Gouden Eeuw. Maar het was een wetenschap zonder God! Paulus waarschuwt daarvoor: Christus in wie alle schatten van wijsheid en kennis verborgen, om Hem gaat het.
Het ontstaan van de aarde was door een gevleugeld ei dat in het heelal rondvloog, de mens ontstond door slijmerige wormen in de modder van de Nijl; zo leerden de Egyptenaren. In het dodenboek stonden mythen over het hiernamaals. Mozes leerde dit wel, maar het beïnvloedde hem niet. Hij schreef de eerste vijf boeken van de Bijbel en gaf God de eer. Paulus en Daniel hadden met dezelfde dwaalleren. Het gaat niet om de ratio en geld, maar om God en Zijn grote werken. Wetenschap is goed, maar het gaat om je hart.
De goddeloosheid van Kanaän (vs. 3) “en ook de gebruiken van het land Kanaän, waar Ik u naar toe breng, mag u niet navolgen. U mag niet in hun verordeningen gaan”
Kanaän was de kleinzoon van Cham, het land Kanaän was het land van de liederlijkheid en seks. Daar gaan de Israëlieten tussen wonen. Hoe bescherm je je gezin daartegen? Er zijn veel zegeningen, maar ook veel gevaren. Vermijd dat je die goddeloze dingen overneemt, zegt de Heere, ook nu nog. Ook in Efeze waren die gevaren aanwezig. Liefde en trouw waren onbekend. En zo gaat het ook in onze tijd van seksueel grensverleggende praktijken en verslavingen Het houdt ons bij God vandaan. Belijd uw zonden en laat ze!
De God van Israël (vs. 4) “Mijn bepalingen moet u houden en Mijn verordeningen moet u in acht nemen door daarnaar te wandelen. Ik ben de HEERE, uw God.”
God wil ons gelukkig maken, Hij wil dat we rein en heilig leven. Hij wil onze Verlosser en Koning zijn. Daarom geeft Hij Zijn wetten om ons te helpen en te sturen. ‘Gij geheel anders’, een nieuw mens! De Heere Jezus was de tweede en laatste Adam. Hij werd beproefd en overwon! Hij was het ‘prototype’ van de nieuwe mens. Welgelukzalig is het volk wiens God de Heere is! Het volk dat eens naar het Vaderland gaat en nu als hemelburger op aarde moet strijden. Maar het Woord van God, Zijn wetten en de wapenrusting van de Geest, beschermt hen