Ds. S.J. van der Vlies – 1 Petrus 4:12-19
Samenvatting
Schriftlezingen:
1 Petrus 1 vers 1- 5
1 Petrus 2 vers 19- 25
1 Petrus 4 vers 12- 19
Tekst voor de verkondiging: 1 Petrus 4 vers 12- 19
Preek
Na het lezen van 1 Petrus 4 ontkomen we niet aan de vraag: Hoe zit het met mijn lijden? Heb je te maken met moeite en verdriet, misschien zodanig dat je denkt dat het ook wel minder zou mogen zijn. Of valt het bij jou wel mee en heb je eigenlijk niets te klagen? Petrus begint echter wel weer over het lijden, ondanks dat Jezus al geboren, gestorven en opgestaan is. Petrus beweert zelfs dat het lijden bij het Christelijk geloof hoort. Zijn wij als christenen eigenlijk niet extra gezegend als we niet of weinig met lijden te maken hebben? Als je niets te lijden hebt, geeft dat echter te denken. Zowel in de brief van Petrus als uit de woorden van Jezus leren we namelijk dat we Jezus alleen kunnen volgen met een kruis op onze schouders. Als je dit niet herkent in dit leven, is het goed om erover na te denken hoe dat komt. Het kan zijn dat je een periode hebt waarin het wel goed gaat. Misschien sluit je je wel af voor het lijden in deze wereld. Volg ik Jezus wel, of ga ik het lijden uit de weg? Volgens Petrus is lijden echter een deel van ons leven als christen.
Petrus schrijft over verschillende vormen van lijden. In vers 15 staat dat hij niet het lijden bedoelt dat het gevolg is van je gedrag (moord, diefstal of bemoeien met anderen). Dat soort lijden kan en moet je voorkomen. Het gaat over het lijden als christen (vers 16). De gebrokenheid zit dus in je eigen leven: tegenslagen, verlies, en dergelijke.
Petrus roept (zijn geliefden) op om niet verbaasd te zijn als je leidt: laat het je niet bevreemden (vers 12). Het lijkt soms dat het bij anderen beter gaat, maar dat weten we niet en daar hoeven we ook niet mee bezig te zijn. Als je Jezus volgt doe je dat met een kruis. Waarom zouden we als christenen moeten lijden? Petrus noemt er drie dingen over. Ten eerste heb je het lijden nodig, want door het lijden heen wordt je beproefd: je wordt er door gelouterd. Als je Jezus volgt en daardoor niet met alles meedoet, kunnen mensen dat niet begrijpen, niet waarderen en/of niet aanvaarden. Het kan zelfs leiden tot eenzaamheid, of dat je alsnog mee gaat doen. Petrus roept ons echter op om dat niet te doen. Schaam je er niet voor dat je christen bent. In ons levenspatroon doen wij veel te veel mee met deze wereld. Op je werk zou er tegen je gezegd kunnen worden dat je als christen een gewoon mens bent en dat men geen last heeft van je geloof. Dat is geen compliment voor een christen. Lijden brengt je echter dichter bij God.
In vers 13 gaat Petrus nog een stapje verder door te zeggen dat je je moet verblijden over het lijden vanwege de verbondenheid met Christus. Dan rust de Geest van de heerlijkheid en van God op je (vers 14). Je wordt dan zelfs zalig genoemd: dat is de tweede reden voor het lijden. Het derde doel van het lijden is gericht op de toekomst. Dit leven is betrekkelijk kort en eindig, wat ook het lijden eindig maakt. Laat je dus voor die korte tijd troosten in het licht van de eeuwigheid.
Samengevat: je wordt door het lijden gelouterd, verbonden met Christus en je zult later meer verheugd zijn als Jezus terug komt. Wat betekent dit voor ons leven? In vers 19 roept Petrus ons op om onze ziel aan God toe te vertrouwen en het goede te doen. Als christen sta je positief in het leven, want er staat een trouwe Schepper boven je, je bent verbonden met Jezus en je mag zien op een goede toekomst. Anders gezegd: laat je niet verlammen door het lijden, maar laat je regeren door je Schepper en doe het goede. Door het lijden kun je je een slachtoffer voelen. Petrus zegt echter: sta op, vertrouw op God en doe het goede.
Amen.