17 september 2017

Een klein meisje met een groot geloof

Predikant:
Bijbeltekst: 2 Koningen 5:1-9

Samenvatting:

Het begint bij een machtig generaal, heel succesvol. Hij heeft gezorgd voor een vrij en machtig Syrië. Een oorlogsheld, wij kennen dat ook uit de Tweede Wereldoorlog, Eisenhouwer, Montgomery, en ook Rommel. In hoog aanzien.
Want door hem had de Heere de Syriërs verlossing gegeven. Het was de God van Israël die ook de hand heeft in de geschiedenis van Syrië. Denk aan Jesaja's profetie tegen Egypte, Filistijnen; Ezechiël ook. En Jona moest gaan preken in Nineve. Maar dus ook wat er op het slagveld gebeurde. Hoe bijv. een pijl van een Syriër zomaar koning Achab dodelijk treft. Joodse verklaarders zeggen, dat deze schutter Naäman was...
Een strijdbare held. De bijbelschrijver geeft hem ook eer. Een gelukkig mens, toch?
“Maar” – dat staat er niet, alleen “een strijdbare held, melaats”. Als een donderslag bij heldere hemel. De ziekte is kennelijk in het beginstadium. “op de plaats van de ziekte” – nog niet algemeen dus. En hij was nog niet in totale afzondering. In de Bijbel is melaatsheid beeld van de zonde. Het lijdt net zo onherroepelijk tot de dood. Jesaja 1 ook het beeld van melaatsheid, hoe het er met het volk voorstaat. Wij allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God. Hoe zien we er dan uit? Melaats van de hoofdschedel tot de voetzool toe. Er is niets meer heel. En in het zelfde hoofdstuk: kom dan (terwijl je zelf moet roepen, ga weg, onrein!), laat ons tezamen richten. Zo Gij in het recht zult treden – wie zal dan bestaan. Die dichter kende dat wonder ook. Daar is vergeving, altijd bij U geweest. Kom dan. Al waren uw zonden als scharlaken, ze zullen worden als witte wol. Ik zal ze maken als sneeuw. Daar is kracht, kracht, wonderbare kracht in het bloed van het Lam.

Een klein meisje, haar leven was een kinderleven, onbezorgd wellicht. Dan komt er een bende die de hele boel leeg plundert. Mannen vermoord, vrouwen verkracht, gezonden meegevoerd om als slaven verkocht te worden. Weggevoerd. Wat een traumatische ervaring moet dat voor dat kind geweest zijn.
Wat een angst en benauwdheid zal er in dat kinderhartje gevallen zijn. Je hoeft niet oud te zijn om liefde tot de Heere te krijgen of hebben. Daar is elke preek voor bedoeld.
Heere, waar ga ik naar toe, ik ben zo bang – mag ik weer naar huis? De hand van de Heere is met Naäman niet alleen op het slagveld maar ook nu hij dodelijk ziek is. Op de slavenmarkt in Damascus, ze wordt gekocht. Ze wordt direct met de droevige toestand geconfronteerd: meneer Naäman is ernstig ziek. Hoe voor de hand liggend is het om dan te denken, net goed. Hatelijkheid is van den boze. Dat is de menselijke natuur. Hoe bestaat het dat dit meisje liefde kan opbrengen voor Naäman en haar meesteres. Omdat de liefde van God in haar hart is uitgestort. Ze heeft God lief en haar naaste als haarzelf. Dat zou de Heere Jezus later Zijn discipelen leren. Heb uw vijanden lief en zegen hen die u vervolgen.

De Heere zal haar gebruiken om Naäman tot God de brengen, hij had Rimmon de eer gegeven.
Waarom kreeg ik een Zaligmaker nodig? Het draait in ons leven toch om de zondag, hiervanuit gaan we de nieuwe week in. Stel je voor dat je dat niet meer zou hebben.. Alle dingen moeten medewerken ten goede: het wegroven, te koop op een slavenmarkt. In het een huis komen om de heer tot het heil te brengen. Heere dat U dat zo en zo het geleid hebt in mijn leven...
Zij weggeroofd, Hij kwam in de gestalte van een slaaf. Zij tot verlossing van Naäman, Hij tot verlossing van de wereld.

Zij besluit om met haar meesteres te spreken. Het eerste woord dat we van haar horen uit de Bijbel: Ach. Het medelijden met Naäman en haar meesteres. Ze komt ook met de oplossing. Ging hij maar naar de profeet, wat een geloof. Dan zal hij genezen. Je moet het maar durven zeggen. Wat een geloof en wat een vrijmoedigheid. Geen arts kon Naäman helpen. Zijn vrouw gelooft het kind direct. Naäman gelooft het ook direct. Ja jo, zo'n meisje... nee ook de koning roept de secretaris om een brief te schrijven aan de koning van Israel. Ik stuur Naäman zodat hij beter wordt. Drie mensen geloven in de genezing.
Hoe vaak zijn wij niet gewezen op die Grote profeet, Hij heeft onze ongerechtigheden gedragen, heeft het ons in beweging gezet, zijn we naar Hem toegegaan? Gelooft u dat woord? Het woord van een kind? En hier spreekt een gezant van Christuswege, alsof God door ons heen smeekt: laat je met God verzoenen.

Naar de koning in Samaria. Tot nu toe hoorde we van geloof – van het meisje, de vrouw en Naäman en de koning. En nu: de koning van Israël scheurde zijn kleren. Ben ik dan God? Hij zoekt een voorwendsel tegen me. Geen kruim geloof. Alleen ongeloof. Dat meisje had van Elia gehoord. En de koning denkt geen ogenblik aan Elisa. Hij zoekt oorzaak om mijn land binnen te vallen. Ik dacht aan Lucas 4: Jezus heeft 30 jaar in Nazareth gewoond, en ze werden met toorn vervuld toen Hij ze aan Elisa herinnerde.
Elisa: laat hem naar mij toe komen, dan zal hij weten dat er een profeet in Israel is. Naäman is terecht gekomen bij hem die ook middel is in Gods hand. Het loopt nog op veel bezwaren bij Naäman. Uw haren reizen misschien ook ten berge, maar we staan met zijn allen voor de deur van de meerdere Elisa. Hij is Heiland, Heelmeester. Kom nou, kom, al is het met een kruimeltje geloof. Het doet er toe dat u hier zit. Ik heb geen lust in je dood.
Ik ben de Heere, uw Heelmeester. Het is onvoorwaardelijk, wie tot Mij komt, wie dan ook, zal ik geenszins uitwerpen. We waren melaats, we zien er niet uit. Zullen we maar kloppen? Ziet Ik heb u een geopende deur gegeven, en niemand kan die sluiten. Hij staat te wachten om genadig te zijn. Wat wilt u dat Ik u doen zal?
Heer ik kom tot U, zondig en onrein, vergeef mijn zonde nu, van U wil ik zijn.
Heerlijk als je zo bij de dokter mag zijn. In de spreek kamer van Woord en Sacrament en het vloeit van zijn lippen. Het geneesmiddel dragen we al, aan ons voorhoofd. Heb je dat bloed nooit nodig gehad? Gij redt mij, keer op keer. Daar is kracht, wonderbare kracht.
Gij zijt rein om het woord dat Ik tot u gesproken heb. Gelooft Gij dat? Ja Heer,en: .. ik geloof, kom mijn ongelovigheid te hulp

Categorieën