Geen afstand, maar dichtbij
Samenvatting
Hoe gaat het met u? Misschien is dat wel een lastige vraag om te beantwoorden in deze coronatijd. Het kan niet goed met je gaan, terwijl je het toch goed hébt. Dat is toch het geheim van een christen: ik heb het goed, omdat God goed voor mij is!
Asaf zegt in Psalm 73 dat God goed is voor hen die zuiver van hart zijn. Is God dan alleen goed voor goede mensen? We moeten laten staan wat er staat. Zalig zijn de reinen van hart, zei Jezus. In de eerste plaats betekent rein van hart dat je je strikt houdt aan de geboden van God, maar dieper zit daarachter de vreze des Heeren. Hoe zat het dan met Asaf? Hij keek om zich heen en ziet dat het de mensen zonder God juist goed gaat. Asaf irriteert zich daaraan en wordt boos op God. Hoe kan dit nu? Dat zijn toch herkenbare vragen? Het lijkt er soms helemaal niet op dat God goed is voor hen die zuiver van hart zijn.
Asaf kan er maar moeilijk mee instemmen. Er zijn spotters om hem heen, zoals we ook in deze geseculariseerde tijd allerlei stemmen horen die ons van God dreigen af te trekken. Zulke stemmen klinken niet alleen buiten ons, maar ook vanbinnen. Maar Asaf gaat niet mee met die stemmen en zegt: als ik ook zo zou spreken, dan zou ik ontrouw zijn aan het geslacht van Gods kinderen (vers 15).
Toch heeft hij het er wel moeilijk mee. Hij piekert erover, maar begrijpt het niet. Dan is het goed om op te merken dat deze merkwaardige psalm begint en eindigt met het woord ‘goed’. Asaf zegt aan het eind ‘het is mij goed nabij God te wezen’. Hoe kan hij opeens zulke woorden spreken? Het werd anders voor hem toen hij Gods heiligdom inging en op het einde letten van de mensen die zonder God leven. Hebben wij weleens zo in de kerk gezeten, dat het Woord van God ons leven binnenkwam en ons echt veranderde?
Vers 18 zegt dat God hen op gladde plaatsen zet en dat ze omkomen in verwoestingen om voor eeuwig zonder God te zijn. Dat is het einde van de goddelozen. Als Asaf dat ziet, dan beseft hij dat hij het beter in dít leven moeilijk kan hebben om daarna eeuwig bij God te mogen zijn. Dat doet ons denken aan de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus. De rijke man had het goed gehad in het leven, maar in de dood wordt Lazarus getroost. Hetzelfde zien we ook in het leven van de Heere Jezus. Met Christus ging het niet goed, Hij stierf. Maar daardoor kan het goed zijn voor zondaren.
Asaf nam de toevlucht tot God, de heilige God. Dat zou toch niet goed kunnen gaan: de onheilige Asaf bij de heilige God? De crisis is dat we God niet meer kennen als de Heilige. Maar waarom kan God wonen bij Zijn volk Israël? Omdat er verzoening is geschied door het bloed van het Lam. Asaf is eerlijk tegenover God. Hij zegt dat hij een redeloos dier was bij God (vers 22). Kennen wij zo onszelf? Bij die ontdekking aan jezelf hoort de bedekking van de verzoening. In het heiligdom vindt de omkering plaats. Christus in onze plaats: dat is het geheim van een christen.
Als je die zoete gemeenschap kent met Christus, dan kan het stormen in je leven. Maar dan heb je het toch goed en dan zal het ook goed gaan, dwars door het sterven heen. Zonder het heiligdom zie je niet waar je bent. Wij vergeten vaak onze situatie te beoordelen bij het licht van Gods Woord en Geest. In het heiligdom leer ik afstand te nemen en naast God te komen staan. Dan ziet je leven er totaal anders uit. Asaf zegt: ‘het is mij goed dicht bij God te wezen’. Je kunt ‘goed’ ook zelfs vertalen met ‘kostelijk’. De zon breekt door in deze psalm. Al gaat het nog zo moeilijk in je leven, toch verheugd te zijn in God. Dat is het geheim van het christenleven: God met ons, Immanuel. Hebt u het zo goed met God?