8 november 2020

God zorgt!

Bijbeltekst: Ruth 1

Samenvatting

Verhuizen doe je niet zomaar. Van woonplaats veranderen is een ingrijpende gebeurtenis. Je moet weer wennen op een nieuwe plek met nieuwe mensen. Vaak heeft een verhuizing naar een andere plaats wel een reden. Elimelech heeft besloten om te verhuizen, omdat het voor hem onmogelijk is geworden om zijn familie te onderhouden tijdens de hongersnood. Er lijkt geen verandering te komen in de toestand in het land. Het zal geen makkelijke beslissing zijn geweest voor Elimelech. De gevolgen van het besluit zijn enorm. Maar deze gelovige mensen zullen er zeker ook een gebedszaak van hebben gemaakt. Hun vertrek uit Bethlehem is een vlucht voor de honger, in de hoop elders te kunnen overleven.

Elimelech betekent: Mijn God is Koning. Doe je er goed aan om te vluchten als je weet dat God je koning is, dat Hij regeert? In Moab wonen de nakomelingen van Lot. Jahweh wordt er niet gekend en niet gediend, er is een afgodendienst die kindoffers vraagt. Het is wrang om het Broodhuis (Bethlehem) te verlaten om je brood te zoeken in een ander, vreemd, afgodisch land. Uit het vervolg van het boek Ruth blijkt dat God doorgaat met Zijn werk. Elimelechs beslissing om naar Moab te verhuizen, zorgt er voor dat Ruth ten tonele verschijnt. Uit Ruth zal uiteindelijk de Messias geboren worden. Elimelechs beslissing heeft niet alleen voor zijn familie, maar voor zijn hele volk, de hele geschiedenis een grote betekenis. Achteraf weten we dat het ging zoals het moest gaan. Maar als we het begin van Ruth lezen, kunnen we onze vraagtekens zetten bij Gods voorzienigheid. Hoe zit het met de moeilijke dingen die ons kunnen overkomen?

In tien jaar tijd verliest Naomi haar man en haar twee kinderen. Met zijn vieren vertrekken ze naar Moab om de hongerdood te ontvluchten. Drie van de vier lopen hun dood tegemoet. Niet voor niets zegt Naomi (wat vreugde betekent) noem mij maar Mara (bitterheid). Van Naomi horen we in eerste instantie geen reactie. Het enige wat we lezen is dat ze zich gereed maakt om te vertrekken. Nu haar dit is overkomen, wil ze niet langer in Moab blijven. Ze hoort dat de Heere naar Zijn volk heeft omgezien door hen van brood te voorzien. Daarom maakt Naomi zich gereed om terug te keren. Haar twee schoondochters vergezellen haar op de reis. Naomi wenst haar schoondochters liefde en rust toe, Gods zegen. Orpa en Ruth hebben liefde betoond aan Naomi en haar overleden zonen. Naomi heeft haar schoondochters niks meer te bieden, daarom geeft ze hen de opdracht om terug te gaan om een nieuwe leven op te bouwen in Moab.

Naomi heeft vertrouwen in God. Maar ook lezen we dat Naomi het moeilijk heeft met God. Als ze haar schoondochters voor de tweede keer toespreekt, komt ze tenslotte met een klacht in vers 13. ‘De hand van de Heere is tegen mij uitgestrekt’. Naomi verbergt haar gevoelens niet meer. Uit deze woorden blijkt dat Naomi kwaad is. Ze benadrukt dat nog eens in vers 20, als ze zegt: ‘De Almachtige heeft mij grote bitterheid aangedaan’. Wat Naomi heeft meegemaakt, is ook niet niks. Mag ze boos zijn? Mogen wij boos zijn op God? Iemand zegt: ‘nee, dat mag niet, dat past de mens niet. God weet wat goed voor ons is’. God de Heer regeert. Maar in de Bijbel lezen we ook over mensen die boos zijn op God, zoals Job en Jona. Laten we onze gevoelens maar benoemen, zoals David dat ook doet in zijn psalmen. Wellicht zijn wij ook boos, of verdrietig over de weg die de Heere met ons gaat. Wellicht worden onze gebeden niet verhoord, en zijn we daar gefrustreerd over. Krop deze gevoelens niet op. Spreek er over met iemand die niet veroordelend zal zijn, maar een luisterend oor heeft. Onze God kan zó luisteren. Voor Naomi blijft God ook de Verbondsgod, de Almachtige. Naomi blijft vertrouwen hebben in Gods weg met haar leven, alleen voelt ze dat op dat moment anders. Is dat niet de werkelijkheid van ons aller leven? Soms zijn dingen zo dubbel. De ene keer zijn we Naomi, dankbaar voor Gods goedheid. Andere keren zijn we Mara, verdrietig over de donkere wegen die God met ons gaat. Toch gelooft Naomi, ondanks haar verdriet, in de machtige hand van haar Vader. Dat heeft een grote indruk achtergelaten op Ruth. Ruth kiest: Uw God is mijn God! Ruth heeft onvoorwaardelijke liefde voor Naomi en ontzag voor de God van Israël.

Als Naomi en Ruth arriveren in Bethlehem, ontstaat er opschudding onder de mensen. Naomi klaagt de Heere aan in haar verdriet en ontreddering. Naomi zegt dat ze leeg terug komt, maar ze heeft haar geliefde schoondochter Ruth bij zich. Wat blijft er van ons over als we dingen meemaken die moeilijk zijn? Wie zich vastklampt aan zijn bitterheid, heeft geen oog voor Gods zegeningen. Wie of wat ons ook ontvalt, God blijft en is er bij! Niet altijd even zichtbaar. Zoek uw houvast in het Woord. Wie op God vertrouwt komt niet beschaamd uit. Wie vast op God vertrouwt, die zal Hij niet verlaten. Een man vertrok uit Bethlehem, het broodhuis achter zich latend. Een Man nam zijn intrek in Bethlehem om daarmee Brood des levens te geven voor Zijn kinderen. Het Brood des levens komt tot ons om ons te geven wat nodig is. Om straks Zijn kinderen in het nieuwe Jeruzalem een plaats bieden waar nooit meer zorgen zullen zijn. Amen!

Categorieën