Gods laatste daad
Samenvatting
ekst: Mattheüs 21:37a: Tenslotte stuurde Hij zijn Zoon naar hen toe.
Thema: Gods laatste daad
Zijn wijngaard geplant vs 33
Zijn slaven gestuurd vs 34
Zijn Zoon gezonden vs 37
De Heere Jezus spreekt hier zelf over zijn eigen Advent en kerstevangelie. Het is een gelijkenis en een profetie over zijn aanstaande dood én opstanding, wederkomst. In de kiem zien we alle heilsfeiten terugkomen.
Advent is verwachting. Wat verwacht God van ons? Hij verwacht vrucht van de landbouwers. Kerst is komen, geven, sturen, zenden. Wat is onze reactie daarop? Slaven worden mishandeld en teruggestuurd. De Zoon hebben ze gedood.
1. Zijn wijngaard geplant (Gods zorg)
Deze gelijkenis komt in alle evangeliën voor. Jezus sprak hem uit op de laatste dinsdag van zijn leven. Het gaat hier om het gezag van de Heere Jezus. De wijngaard is een beeld van Israël (Jes. 5). De eigenaar heeft enorm geïnvesteerd daarin. Kanaänieten moesten eruit, er kwam een heining omheen, de wet. De toren is een beeld van priesters, maar ook een uitkijktoren naar de Messias. De wijnpersbak is het beeld van het altaar, waar het verzoeningswerk wordt uitgebeeld.
De geestelijke leidslieden zijn de pachters.
De eigenaar verlangt vrucht. Wijn is altijd een beeld van vreugde. God verblijdt zich in zijn volk. Dat wordt een grote teleurstelling. Haal dat eens naar je eigen persoonlijke leven toe. Wat heeft God toch een trouwe zorg in ons leven laten zien om in ons een persoonlijk geloof te bewerken. Draag ik vrucht voor God? Aanbidding, eer en dankb’re lofgezangen, de dank van ons hart, overgave, toewijding. Of hou ik alles voor mezelf?
God zendt zijn dienaren uit, op allerlei manieren: prediking, huisbezoek. Hoe zit het nou echt met u? Wat erg als de verwachting van God een teleurstelling wordt! Vraag eens aan iemand die geestelijk dicht naast je staat, of er vrucht is in je leven.
2. Zijn slaven gestuurd (Gods geduld)
Je ziet een opklimming in het kwaad. Slaven worden in elkaar geslagen, teruggestuurd met lege handen. De volgende krijgen hoofdwonden. De derde delegatie worden doodgeslagen en tenslotte wordt zijn zoon aan het kruis geslagen. De slaven staan voor de profeten. De laatste is Johannes de Doper, wiens hoofd eraf wordt geslagen. Wat gaat die getergde eigenaar nu met de wijngaard doen?
Het laatste woord van het OT is “slaan”. Wat doet God daarna? Hij zendt zijn zoon.
Hoeveel predikanten heb jij al meegemaakt, hier in Rotterdam? Dat waren allemaal knechten die gezonden zijn. Wat heeft het God opgeleverd? Persoonlijk geloof en diepgang? Er waren heel veel stemmen. Hoe is het met de vrucht?
3. Zijn Zoon gezonden (Gods liefde)
God zegt niet: nu is het klaar. Na Maleachi komt Hij met genade. Daar zit goddelijke liefde achter. Het laatste woord van God voor de wereld is de naam Jezus. Hij zond zijn zoon tot rovers en moordenaars. In Markus 12 staat: God had er nog één, zijn geliefde. Jezus zegt hier: dit is mijn autoriteit, ik ben de zoon zelf. Het wordt hier Kerst uit de mond van Jezus zelf. God straft niet maar hij buigt nog verder, dat is onbegrijpelijk! Jezus kwam om het recht van zijn vader op te eisen. Niet in straf en toorn, maar in liefde. Neem deze zin mee: Ten laatste zond God zijn zoon tot hen, tot mij. Ze zagen Hem aankomen. Dit zegt Jezus drie dagen voor zijn dood. Hier wordt de gelijkenis profetie over zijn naderende dood. Laten we hem doden.
De zoon wordt ons in de prediking voorgesteld. Hij komt naar ons toe en wil zijn deel in jouw leven. Kus je hem of kruisig je hem? Hier zie je Getsemané en Golgotha. Het is een vergissing dat je alles hebt, de erfenis hebt, als je hem uit je leven houdt. Je raakt juist alles kwijt.
Jezus profeteert vanaf vs. 42 over zijn opstanding, Pinksteren en de wederkomst.
Als je de Zoon afwijst zal je onherroepelijk verworpen worden.
Vs 44 gaat over de wederkomst. De steen zal je vermorzelen als je niet buigt voor Hem. De toehoorders realiseerden zich: het gaat over mij! Zoals een dartpijl, heb je zo wel eens in de kerk gezeten? Dat is het eerste werk van de Heilige Geest in je hart. En wat is dan de reactie? Buigen over je verzetten? God komt naar je toe. Komt, laten we … wat? Ik geef u mijn hart.
Leer mij bij uw kribbe buigen, leer mij knielen bij uw kruis.