Heer U bent altijd bij mij
Samenvatting
Schriftlezing: Psalm 23
Thema: Heere U bent altijd bij mij!
In vers 4 vinden we drie gedachten: De Heere is bij mij en daarom ben ik niet verdrietig, niet alleen en niet angstig. Psalm 23 is een pastoraal gedicht van 55 woorden in totaal: 26 + 3 + 26. De drie woorden in het midden zijn ‘U met mij’, dat is de sleutel om de psalm te begrijpen. De Joden lezen deze psalm aan het eind van een begrafenis: ‘Ik zal in het huis van de Heere blijven in lengte van dagen!’ Rachel, een Joods meisje in de Tweede Wereldoorlog werd doodgeschoten en vlak voordat ze stierf zong zij in het Hebreeuws Psalm 23:4. Het is ook een reispsalm. Het begint met de Gids en eindigt met de Bestemming. Onderweg maak je van alles mee: groene weiden, waar Hij je leidt. In vers 4 is de omslag en dan gaat de dichter de diepte in en spreekt hij niet meer over maar mét God. Het wordt intiemer omdat de omstandigheden moeilijker worden.
Niet angstig
Na de verheerlijking op de berg moest Jezus ook weer afdalen, terug het dal weer in. Soms kom je na een hoogtepunt weer in de ellende terecht. David gaat hier ook het dal in vanaf vers 4. Het gaat over een dal met helse verschrikkingen, de diepten van ellende. Als schaapje van de kudde ervaar je somberheid als je daar doorheen moet, misschien wel een depressie. Abraham en Spurgeon kenden deze periodes zelfs. Zulke dalen zijn gevaarlijk, omdat de boze zich daar schuilhoudt. Kinderen zijn weleens bang voor schaduwen, schaduwen zijn geheimzinnig en ongrijpbaar. De dichter zegt: zelfs al ga ik door een dal. Niet wij, maar alleen moet je erdoorheen. Soms zie je de herder en de andere schapen niet meer en voel je je eenzaam. In die donkere dalen staan veel voetstappen van Gods kinderen, maar ook voetstappen van voeten waar spijkers doorheen gezeten hebben. De Herder leidt zijn schapen nooit door een traject waar hij niet zelf eerder is geweest. In de christenreis is ook een dal van de schaduw van de dood, met Apollion, de duivel. Toch hoef je niet bang te zijn, want Zijn aanwezigheid vergoed alles. Hij leidt je daar met een verheven doel, om Hem beter te leren kennen. Hij wil je door het dal naar de tafel leiden, Hij wil je geestelijk voeden. Hij test of je Hem blindelings kunt vertrouwen. Er zijn alleen maar schaduwen in het dal. Ze zijn wel eng maar ze kunnen je niets doen!
Niet alleen
Het middelste woord in het Hebreeuws is U. Hij is de spil! Twee keer staat de naam Jahweh in de psalm, aan het begin en aan het eind. ‘Ik ben met u alle dagen, tot aan de voleinding der wereld’. Met Christus aan boord ben ik veilig in de storm, zelfs als Hij slaapt. Je voelt je soms zo alleen. Je ziet hem niet, maar je hoort Hem wel! U deelt mijn bestaan en niets kan mij scheiden van Jezus mijn Heer! Jezus is verborgen aanwezig: Het getal 26 is een Godsgetal. 3 is het getal van de drie-eenheid, 26 is de getalswaarde van Jahweh. Hij bewaart me misschien niet voor het lijden, maar is er wel bij tijdens! Geef je je aan die herder over, of ben je een dwarse bok die het zelf wel probeert?!
Niet verdrietig
‘Uw stok en Uw staf vertroosten mij’. De troost die je uit deze psalm kan halen is U bent erbij en U hebt een stok en een staf. De stok werd gebruik tegen gevaar en de herdersstaf werd gebruikt om te leiden, te inspecteren en te tellen. In de NBV staat: zij geven mij moed! Hoe kan een stok vertroosten en moed geven? De stok biedt veiligheid, want daarmee verslaat de herder het gevaar. In zijn rechterhand hield de herder de stok en in zijn linkerhand hield hij de staf waarmee hij leidt en regeert. De Heere geeft geen garantie dat we niet aangevallen worden, maar wel de garantie dat Hij de vijand zal verslaan. De dominee is ook een herder, zijn staf is de Bijbel. Die stuurt ons de goede kant op. God gebruikt de staf ook weleens om je een tik te geven, om je er weer bij te halen. Eén Bijbeltekst kan daarvoor genoeg zijn: ‘Gij zijt die man!’ Dan val je in de schuld. Soms streelt de Heere je met de staf. Heb je weleens een aai over je bol gehad van de Heere? Hoe zoet zijn mij Uw redenen geweest! Hij telt ze ook met die staf, omdat hij ze allemaal duur gekocht heeft! Tenslotte worden de schapen ook getoetst. Hij controleert ze op wonden en verzorgt ze, vers 5. Zijn nabijheid geeft zekerheid! Stel jezelf niet de waarom-vraag, maar de hoe-vraag. Geen vijand vrees ik, als Gij maar bij mij zijt! Amen.