Jezus roept op tot navolging
Samenvatting:
De roeping van Levi
27 En hierna ging Hij weg, en Hij zag een tollenaar, van wie de naam Levi was, in het tolhuis zitten en Hij zei tegen hem: Volg Mij! 28 En hij stond op, liet alles achter en volgde Hem. 29 En Levi bereidde voor Hem een grote maaltijd in zijn huis en er was een grote menigte van tollenaars en van anderen die met hen aanlagen. 30 En hun Schriftgeleerden en de Farizeeën morden tegen Zijn discipelen en zeiden: Waarom eet en drinkt u met tollenaars en zondaars? 31 Maar Jezus antwoordde en zei tegen hen: Wie gezond zijn, hebben geen dokter nodig, maar wie ziek zijn. 32 Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars.
Dan ben je naar Egypte geweest, kom je terug bij vrouw en dochter en wat ligt op de deurmat? Twee blauwe belastingenveloppen...! Het lachen vergaat je direct. Leuker kunnen ze het niet maken, wel eerlijker. Maar is dat wel zo?
In het Romeinse Rijk is ook een belastingsysteem. Er waren tolwegen en –poorten. Mensen uit het land waren benoemd tot tollenaar. Levi is ook zo’n man. De volksgenoten vinden Levi een verlakker, ze haten hem. Jezus weet hoe Levi vast zit in zijn leven als tollenaar, het leven met veel geld verdienen. Jezus ziet hem zitten, Hij kijkt naar de ellende in het leven van deze man in het tolhuis, Hij weet wat in zijn hart leeft.
Wij kijken ook naar mensen, maar hoe kijken wij? Zien wij onze naasten echt? Jezus ziet ons en onze naaste met een liefdevolle blik.
Jezus zegt tegen Levi: ‘Volg Mij’. Een liefde- en gezagvolle opdracht. De tollenaar staat op en volgt Jezus. Hij ontvangt Jezus in zijn hart en laat zijn tollenaarsbestaan achter zich. Niet het geld van de mensen maar de liefde van God maakt hem gelukkig. Jezus zegt ook tegen ons dat we Hem moeten volgen, Hij gaat voorop! Doen wij dat ook, bepaalt Hij ons leven? Getuigen wij van Jezus, dragen wij Zijn kruis, doen we elke dag wat Hij van ons vraagt? Het vraag inzet van heel ons innerlijk. Als we dat niet doen gaan we eraan als kerk!
Levi volgt Jezus en bereidt een heerlijke maaltijd in zijn huis. Een grote groep tollenaars en anderen liggen samen met Jezus en Zijn discipelen aan tafel. Een afscheid van het oude leven en een getuigenis dat Levi Jezus wil volgen. Jezus ontvangen in je huis is een genot zonder einde, zegt Ambrosius van Milaan. Levi gaat van hebben, hebben, hebben naar (uit)delen. Delen wij van onze overvloed?
De Farizeeën en Schriftgeleerden reageren vanuit hun ongeloof; ze morren tegen de discipelen van Jezus. Ze staan op een afstand, delen niet in de maaltijd. Hun ongeloof wordt gekweld door een lege maag. Als we Jezus aannemen zullen we geen honger en dorst meer lijden, maar verzadigd worden. ‘Waarom eet en drinkt Hij met tollenaars en zondaars? Niet de discipelen maar Jezus antwoordt: Wie gezond zijn, hebben geen dokter nodig, maar wie ziek zijn. Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars. Jezus houdt van zondaars, niet van de zonde. De arts houdt van de zieke, niet van de ziekte. Jezus wil dat wij genezen worden, hij wil dat we vernieuwd (bekeerd) worden. Als we gezond zijn gaan we niet naar de dokter, maar wel als we ziek zijn; dan willen we helemaal genezen worden. Zo wil Jezus ons tot een heel nieuw leven roepen.
Volg Hem! Hij helpt u. Hij vernieuwt u en brengt u tot verheerlijking. Lof zij Jezus, nu en tot in de eeuwen der eeuwen!