Wanhopig of hoopvol
Samenvatting
God wil dat wij zien waar het naar toe gaat. Dat alles wat ons nu doet huiveren er uiteindelijk aan gaat en dat dat van God doorbreekt. Laten we de hoop en moed niet verliezen, wat er ook gebeurt! De situatie loopt Hem niet uit de hand. Vers 4 laat zien dat er een oordeel over de wereld gaat, waar de gelovigen voor worden behoed.
Een ster valt uit de hemel en opent de afgrond. Er kwam een verstikkende en verduisterende rook uit de afgrond. Het wordt een verstikkend gebeuren op aarde. Uit deze rook kwamen sprinkhanen. Een sprinkhanenplaag verwoest de hele akker. Hier is niets tegen te doen; het is een verwoestend leger. Vers 5 spreekt over vijf maanden: de volle oogsttijd. De hele oogst gaat eraan. Welke oogst? Alles wat er de afgelopen jaar is gezaaid aan beschaving. De tijd komt (is) dat alles wat beschaafd is eraan gaat. De mens wordt overgeleverd aan de geesten van de afgrond, die wij het zelf voor het zeggen gaven. Gods oordelen komen niet zomaar uit de lucht vallen. Wij geven de geesten de ruimte, door God te verlaten. Welke geesten zijn dit? De geest/demon van het egoïsme, individualisme, het 'weg met God', het omhoog werken met de ellebogen of eer en aanzien zoeken bij mensen ipv bij God. De geest/demon van pornografie. Het staat gewoon op onze telefoon, we kunnen er zo makkelijk bij en het speelt in op een oerdrift die ons zomaar te pakken kan nemen. De liefde vergiftigd, de trouw verdwijnt. De laatste paradijsbloem moet er van de duivel aan. Ook in de gemeente van Christus. Hoe worden we (als gemeente) deze demon te baas? God wil je beschermen, zodat je er niet door verstikt wordt. Laten we er open over zijn als gemeente!
Nog een demon/geest is polarisatie. De hardheid neemt toe; iedereen staat tegenover iedereen. Daarbij komt de geest van onverschilligheid. De duivel heeft zoveel gezichten. God heeft maar een gezicht!
Vers 5 spreekt over de pijniging van een schorpioen: dat wat de sprinkhanen doen is alsof je door een schorpioen gestoken bent. Het gif van een schorpioen kan als gevolg hebben dat het verlammend werkt op de ademhaling (onze vrijheid wordt steeds benauwder) of het werkt uit dat er een soort bezetenheid ontstaat, dat je niet meer weet wat je moet doen en niet meer bent te houden. In de greep van de duivel weet je niet meer wat je moet doen, maar ook niet hoe je eruit kunt komen.
Vers 4: wanneer je Gods zegel aan je voorhoofd hebt, ben je niet overgegeven aan het helse en verstikkende van dit visioen. Je kunt het goede van God laten doordringen, Zijn liefde en trouw. Een beetje hemel op aarde brengen.
De sprinkhanen zagen eruit als paarden: daar gaat veel kracht van uit. Je voelt dat dit jou soms bedreigd. Met een kroon op het hoofd: je kunt zomaar denken dat je je daaraan moet overgeven om bij de top te horen. Gezichten als gezichten van mensen: heel vriendelijk. Influencers, topmodellen, daar val je zomaar voor. Haar als van vrouwen: verleidelijk. Het heeft veel impact en invloed, je moet echt van Hem zijn om te zien dat het iets anders is, anders tuin je er zo in. Tanden als van leeuwen: als het je in zijn greep heeft laat het heel moeilijk los. Borstharnassen van ijzer en angels in hun staarten: het gaat er keihard aan toe in deze wereld. Als je niet oppast geef je jezelf er zomaar aan over. Het venijn zit in de staart.
Vers 11 trekt het gordijn nog iets verder weg en laat zien wie hier achter zit: de engel van de afgrond. De satan heeft de regie over dit hele gebeuren.
Vers 13: Het zesde bazuin is van een andere orde, een derde deel van de aarde gaat eraan. Is dat in de 20e eeuw gebeurt? Sowieso iets daarvan. Nu is er nucleaire dreiging vanuit de ruimte, zijn er geavanceerde vernietigingswapens. God ziet het onrecht en er komt een dag, dan blaast de bazuin en dan mag de mens doen wat hij wil. Dan wordt hij overgegeven aan het wapentuig wat hij zelf ontwikkeld heeft. Je zou er bijna wanhopig van worden, maar blijf hopen op Hem met Zijn zegel op jouw voorhoofd. Laten wij voorbede doen voor de wereld om ons heen als priesters in deze wereld. Dat is immers wat Jezus deed. Hij bad aan het kruis voor een godvergeten wereld, opdat die godvergeten wereld toch zou leven van Gods genade. Amen.